Het Hydro Pneumatische Energie Opslag (HPES)-systeem maakt het mogelijk om grote hoeveelheden elektriciteit bij offshore windparken op te slaan, in plaats van in grote batterijen op het land. Dat is nodig om die parken rendabeler en winstgevender te maken en het aanbod van windenergie meer constant.
Net als Sushi
“Windenergie is net als sushi. Je moet het consumeren op het moment dat het beschikbaar is. We moeten er dus voor zorgen dat we alle windenergie kunnen consumeren. Maar wat als er geen wind is of geen vraag naar stroom? Dat probleem is een van de grote risico’s van de energietransitie in Nederland”, zegt CEO en medeoprichter Daniel Buhagiar van FLASC. “Onze oplossing slaat energie op waar het opgewekt wordt: bij het windpark. Zo kan de stroom geleverd worden wanneer die nodig is. Wij willen met ons systeem wereldleider worden in de levering van offshore energieopslag.”
Tank op de bodem
Het systeem komt bij een windturbine te liggen en maakt gebruik van hydraulische pompen, drukvaten, turbines, perslucht en zeewater, die samen een plug & play systeem vormen. Als het windpark meer stroom levert dan nodig is of meer dan wat het elektriciteitsnet aan kan, dan perst een hydraulische pomp op een drijvend platform lucht en zeewater via buizen samen in een stalen tank op de zeebodem, die als drukvat dient. Daardoor loopt de druk in die tank op tot 200 bar. Zo wordt de stroom opgeslagen als hydraulische energie. Als er geen of te weinig wind is, wordt de druk in de tank verlaagd en drijven zeewater en perslucht een turbine aan, die weer elektriciteit opwekt. Op die manier kan het windpark ook stroom leveren als het niet waait. Driekwart van alle elektriciteit die in het systeem wordt opgeslagen, komt er ook weer uit als stroom.
10 megawatt opslaan
De tank die als accu dient, kan op een diepte van 40 tot 400 meter liggen. Daardoor is het prima geschikt voor ondiepe zeeën als de Noordzee. Het systeem is modulair opgebouwd, dus hoe meer tanks, buizen, turbines en pompen, hoe meer stroom het op kan slaan. FLASC gaat ervan uit dat het systeem straks vier tot twaalf uur lang 10 megawatt aan stroom kan opslaan. Meer of minder kan ook, dat is afhankelijk van hoeveel units je bij een windpark plaatst. “We kunnen heel veel energie opslaan in ons compacte systeem. Bij een windpark van honderd windturbines heb je er ongeveer acht tot tien nodig, eentje per rij turbines”, zegt Buhagiar.
Kijk hier hoe de technologie van FLASC werkt:
300 miljoen opbrengst
Volgens hem is deze vorm van opslag goedkoper dan opslag in batterijen op land en benut je hiermee de ruimte bij windparken die er al is. Bovendien kan de eigenaar van een windpark zijn stroom tegen hogere prijzen verkopen omdat hij die kan opslaan tot er meer vraag naar is. FLASC heeft al zeven intentieovereenkomsten gesloten met grote windparkontwikkelaars als Ørsted en SSE Renewables. “Zij willen onze technologie kopen om hun opbrengsten met 20 procent te verhogen en de businesscase van hun windparken te verbeteren”, zegt Buhagiar. “Wij focussen nu op de Noordzee, waar onze technologie in 2030 al 300 miljoen euro per jaar kan opleveren.”
Meer bedrijven mee bezig
Meerdere bedrijven zijn bezig met de opslag van offshore windenergie. Het Schotse bedrijf Verlume slaat overtollige energie op in een onderzeese lithium-ion-batterij. Het Groningense bedrijf Ocean Grazer wil energie opslaan in hogedruk-waterreservoirs onder de zeebodem. Dat laatste lijkt een klein beetje op de technologie van FASC, maar die start-up is al een stuk verder. De technologie van FLASC heeft zich al in 2017 bij een test op Malta bewezen en is gepatenteerd in Europa, China, Japan en de VS. Het Delftse bedrijf heeft al 5 miljoen aan investeringen opgehaald voor de patenten, testen, de bouw van het eerste prototype en de noodzakelijke certificering door DNV. Momenteel is FLASC bezig opnieuw financiering op te halen.
Driekwart stroom uit wind
Nederland zet voor zijn toekomstige groene stroom vooral in op windparken op zee. In het Klimaatakkoord is afgesproken dat er rond 2030 voor 21 gigawatt aan windparken op zee moet staan. Die turbines leveren dan driekwart van alle stroom en 16 procent van alle energie. De eerste mijlpaal – 4,7 gigawatt aan vermogen – werd eind vorig jaar al bereikt.
Uitvinder van het jaar
FLASC is genomineerd voor de Europese uitvindersprijs die het Europese Patentbureau op 9 juli uitreikt. Ook won het woensdag 29 mei de start-up wedstrijd die MT/Sprout organiseerde tijdens het Upstream in Rotterdam, in de categorie energietransitie. Daar hoorde een cheque van 10.000 euro bij
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in